Betrokkenen bij een crisis willen graag meer persoonlijke aandacht

01 maart 2018

Meer persoonlijke aandacht voor betrokkenen, sneller een veearts inschakelen als er dieren bij zijn, en meerdere voorlichters inzetten bij incidenten met veel media-aandacht. Dat zijn een paar van de rode draden die uit de evaluaties van Friese crises rollen. “We willen graag zo goed mogelijke hulp bieden tijdens een incident. Daarom evalueren we elke crisissituatie met de betrokken crisisfunctionarissen, en zo mogelijk ook met de burgers,” vertelt Rika Leijstra, clusterhoofd crisisbeheersing bij Veiligheidsregio Fryslân.

Inzet van persvoorlichters

Elk GRIP-incident wordt geëvalueerd met alle betrokken crisisfunctionarissen. “Daarnaast evalueren we ook kleine incidenten met bijzondere omstandigheden en grote evenementen, zoals de intocht van Sinterklaas en the Passion,” licht Leijstra toe. Sinds 2015 zijn 20 crises geëvalueerd. Leijstra: “Wat we daarbij zien is dat het handig is om meerdere persvoorlichters in te zetten als er veel media-aandacht is. Ook valt op hoe belangrijk de officier van dienst Bevolkingszorg is om een goede verbinding te kunnen leggen met de gemeente tijdens een incident.”

Onder de indruk van hulpverlening

Daarnaast wordt sinds 2016 onderzocht hoe burgers, betrokken instellingen en bedrijven een incident en de hulpverlening hebben beleefd. Leijstra: “Daarmee kunnen we de kwaliteit van rampenbestrijding nog verder verbeteren.” Inmiddels is bij 6 incidenten een dergelijk onderzoek gedaan. “Daaruit komt naar voren dat de mensen onder de indruk zijn van de snelheid en adequaatheid van de hulpverlening,” vertelt Leijstra. “Het blussen van branden, het in veiligheid brengen van mensen: het loopt als een geoliede machine, zo ervaren de betrokken.”

Sneller slachtofferhulp inschakelen

Verbeterpunten zijn er ook. “We kregen als advies om met name betrokkenen die op opvanglocaties verblijven te blijven informeren tijdens een incident, en hen meer persoonlijke aandacht te geven – vooral de kwetsbare groepen. Ook kregen we als tip om een veearts in te schakelen als er dieren bij betrokken zijn.” Als voorbeeld noemt Leijstra de brand in een manege in Wolvega, in maart 2016. “Na de brand werd de stal afgesloten voor onderzoek, terwijl er nog paarden in stonden. Daar had meteen een veearts naar toe gemoeten.” Daarnaast geeft Leijstra aan dat slachtofferhulp sneller kan worden ingeschakeld. “Er zijn incidenten geweest waarbij slachtofferhulp pas twee weken na de gebeurtenis werd ingeschakeld, terwijl de betrokkenen daar direct al behoefte aan hadden. Dat willen we in de toekomst anders doen.”

Meer weten?

•    Lees ook: ‘Wat doen we na een crisis?’
•    Meer informatie over het Burgerbelevingsonderzoek
•    Of neem contact met ons op via incidentevaluaties@vrfryslan.nl